1 tegen 1: bal is bij de trainer/speelster. 2 sprinten tegelijk om de pion.
Aanvaller krijgt de bal en mag afronden op doel. De verdediger probeert dit te voorkomen.
- Voetenwerk
- Naar voren verdedigen
- Onderscheppen van de bal
- Op schotarm verdedigen met goede been voor.
"It is not only useful for staff who are experienced but a valuable tool for those subject staff who have to take teams."
The variety of sessions across sports - sometimes we steal session ideas from one sport and use them with another.
As we enter the business end of the competition, we take a look at the remaining eight teams and the key talking points surrounding each side.